Julie en de kikkers

17 juli 2017

Julie en de kikkers

Het verhaal begint eigenlijk in het begin van de lente. Duizenden kikkers en padden vertrekken dan ... op pad. Hun bestemming? De vijver, beek of poel waar ze geboren werden. Wanneer ze daar aankomen gaan ze allemaal op zoek naar een liefje. Maar de weg naar hun geliefde is bezaaid met hindernissen: voorbijrazende auto's, strooizout op de baan, hongerige reigers en uilen, prikkeldraad,...

OPGELET, REGEN!

Op een regenachtige dag gingen we naar mijn nonkel Jos. Nonkel Jos woont op het platteland in een doodlopend straatje. Zijn huis is omgeven door velden en weien, waarop een kudde koeien graast die nonkel Jos heeft vorige zomer heeft gered van het slachthuis. Toen we hem opbelden zei hij: "Probeer voor het donker wordt aan te komen, anders zal je veel langs de kant van de baan moeten stoppen... Hij raadde ons zelfs een klein plastiek emmertje mee te nemen, in het geval dat het toch al zou schemeren wanneer we de landelijke wegjes opdraaiden. Gelukkig maar...

Hij had gelijk. Die avond zagen we in de lichtbundels van de koplampen allemaal kleine vormpjes op de weg. Sommigen zaten stokstijf op de baan terwijl andere met een snelheid voorbij sprongen, alsof ze gehaast waren om ergens te raken. Opdat we ze niet zouden pletten met onze wielen stopte mama regelmatig aan de kant van de weg. Gewapend met ons emmertje verzamelden we alle kikkers die we konden vinden en lieten we ze los aan de andere kant van de straat. Zo werden ze zeker ook niet overreden door andere auto's. Meer dan 20 kikkers verzamelden we zo in ons emmertje.

Wat een toeval...

De volgende dag hadden we biologie op school. "Neem allemaal je agenda, en schrijf in: dissectie van de kikker". Terwijl wij onze boekentas openden om onze agenda en onze pennenzak te nemen, haalde meester Barbapoel een emmertje boven... vol met kikkers. We moesten ze opensnijden en dan zouden we hun organen kunnen bekijken, zei de meester. Toen werd het stil in de klas. "Maar meester Barbapoel", zei ik, "weet je dan niet dat dieren ook pijn voelen, net zoals wij?".

Nadat we allemaal iets mochten zeggen, zei meester Barbapoel ineens: "volg mij". Hij nam de emmer onder zijn arm en stapte de klas uit. De hele klas liep in een rij achter hem. Op de speelplaats aangekomen, stapte de meester naar de schoolpoort, en liep verder... tot aan de vijver aan de rand van het bos achter de school. "Kom me even helpen", zei de meester. Aarzelend stapte ik naar voor. "We gaan de dieren vrijlaten". "We zullen hun organen wel bekijken op video, zonder dieren pijn te doen".
"Leve meester Barbapoel", riep de hele klas.

In de week erna bestudeerden we de anatomie van kikkers met behulp van namaakdieren en video's die de meester op internet had gevonden op www.dissectie.be, een site van GAIA. Dat was echt zo tof! Toen we s'avonds met mama aan tafel zaten zij ze me:" in het land van de kikkerbeschermers, ben jij koningin!" "Neen mama", zei ik snel, "de prinses :)"

Minikikkers in de zomer

In de zomervakantie gingen we weer een weekje overnachten bij nonkel Jos. In het doodlopend straatje waar hij woont zag ik ineens iets heel klein bewegen. "Stop mama", riep ik. "Er zitten tientallen kikkers op de weg"! "Maar het is toch helemaal geen lente?" riep mama verbaasd uit. En toen snapten we het... de kleine kikkervisjes die deze lente waren geboren, hadden nu een heuse metamorfose ondergaan. In plaats van vinnen hadden ze nu pootjes. Ze verlieten de vijvers en gingen op zoek naar hun eigen plekje om de winter te doorstaan. Na de winter zal dan de hele cyclus opnieuw beginnen, ze zullen dan hun poelen verlaten en weer naar de poel migreren waar ze geboren zijn om er zelf eitjes af te leggen. We hielpen dus ook deze kleintjes weer op weg en zetten hen over naar de andere kant van de baan. Ik zweer dat ze knipoogden naar me. En volgende lente? Dan zijn we weer op post en doen we dat met heel veel plezier weer opnieuw!!